Ik houd van toegankelijke, heldere poëzie; Menno Wigman, Tjitske Jansen, Bob Hicok, dat werk. Mijn eigen werk las ik voor op o.a. het Onbederflijk’ Vers festival, de Wintertuin, Flux-S, Bevrijdingsfestival en het Nijmeegs Boekenfeest. Voor de Minor ‘Creative Writing’ van de Universiteit Maastricht ontwikkelde ik een tweedaagse workshop ‘Introduction to Poetry’. Momenteel volg ik de Schrijversvakschool Groningen.
klopsignalen
mijn vrouw vroeg laatst:
waarom doet het internet het niet?
een vraag om op te kauwen.
nadat ik was uitgeraasd
en de monteur was opgebeld
trok ik mij terug in de meterkast.
ik liet de snoeren langs mijn vingers glijden
zette de modem aan en uit
en bedacht dat elke zoekopdracht
bestaat uit deelpakketjes
die uit zichzelf de kabel vinden
die bij Delfzijl de zee in loopt
langs Russische marineschepen schieten
en eenmaal boven water (Amerika!)
exploderen in een gele poederwolk
gezenderde duiven.
toen ik weer naar buiten stapte
voelde ik mij lichter
en wijzer.
Groot De kroketten zijn speciaal voor mij en het brood en de boter. Ook de koe is dus gemaakt voor mij en het gras en het graan. De boer heeft goed zijn best gedaan, voor mij. Mijn moeder werd voor mij geboren. Mijn vader nam een baan voor mij en de poes past precies in mijn schoot. Dat kan geen toeval zijn. Maar op een ochtend was mijn broek plotseling te klein en nu tocht het rond mijn sokken alsof de wereld zeggen wil: ik wacht niet meer op jou. Ik heb een stoel gepakt, ben voor het raam gaan staan: de tuin ligt er verlaten bij, het hekje staat open, mijn bal ligt nog steeds op het dak. (Uit: De Toverboom - de 100 beste gedichten van de Turing nationale poëzie wedstrijd)
in de balgen van mijn borst piept sinds kort een taaislijmhond hijgend lekke luchtfabriek maar regelmatig (zuigerstang) wat voorbij de lippen komt stroomt ook weer terug ik denk aan hoe de zee dat doet jaren rustig ademhaalt tot ze in een golfstraat hoest en braakt. (Uit: Op Ruwe Planken, 2012, nr. 3)